Als je een factordeficiëntie hebt, dan kan je makkelijker een blauwe plek of bloeding krijgen. Ook kan het langer duren voordat je een korstje krijgt en een bloeding stopt.
Er zijn verschillende soorten factordeficiënties. Een soort die veel kinderen en volwassenen hebben, is hemofilie. Maar er zijn ook andere soorten die bij veel minder mensen voorkomen.
Bij factordeficiënties gaat er iets mis met het hard worden van bloed als het uit een bloedvat komt. Dat noemen we ook wel het stollen van bloed. Normaal komt er snel een korstje op een wondje. Bij factordeficiënties kan dit langer duren.
Mensen met een factordeficiëntie gaan voor de behandeling naar artsen die er veel vanaf weten. Meestal is dat in een hemofiliebehandelcentrum.
Wil je meer lezen over factordeficiënties? Dan kun je gaan naar de website van de NVHP. Ze hebben een pagina voor kinderen van 0 tot 8 jaar en een pagina voor jeugd van 9 tot 15 jaar. Of kijk op hun pagina over factordeficiënties. De NVHP is er voor iedereen met een erfelijke stollingsstoornis.
Begrijp je iets niet? Dan kun je dat vragen aan je dokter. Of misschien weet je vader of moeder het.
Er zijn ook leesboeken over ziektes. Je kunt daarin lezen hoe het is om een aandoening te hebben. Of hoe het is als je broer of zus, of vriendje of vriendinnetje dat heeft. Klik hier voor een overzicht van boeken. Alle boeken kun je lenen in de bibliotheek.