Hoi, ik ben Lola. Ik ben 13 jaar en zit in de brugklas. Sinds een tijdje heb ik een kale plekken op mijn hoofd. Dat komt door alopecia areata. Dat is een soort kaalheid die ook kinderen heel soms kunnen hebben. Daarom wil ik er op deze website iets over vertellen.
Je hebt ongeveer 100.000 haren op je hoofd. En je verliest er wel 50 tot 100 per dag. Normaal krijg je weer nieuwe haren. Maar bij mij vielen er op bepaalde plekken ineens veel meer haren uit. Het begon aan het einde van groep 8, toen ik de eindtoets moest maken. Dat vond ik erg spannend. Eerst dachten we dat ik daarom haaruitval had.
Maar toen was de toets voorbij en had ik geen stress meer. Toch bleef mijn haar uitvallen. Daarom hebben mijn moeder en ik een afspraak gemaakt met de dokter. Die heeft goed naar mijn hoofd gekeken. De dokter heeft me helemaal onderzocht en zag dat ik ook deukjes in mijn nagels heb. Met die dingen kwam de dokter erachter dat ik alopecia areata heb. Mijn haaruitval kwam niet dus niet omdat ik de eindtoets spannend vond.
Die kale plekken, daar baal er erg van. Soms kijken mensen zo of ze vragen ‘wat heb jij nou?’ En ik heb niet altijd zin om antwoord te geven. Soms moet ik er om huilen. Maar gelukkig gaat het alweer wat beter. Dat komt door mijn psycholoog. Die helpt me om ermee te leren omgaan. Ook gaat het beter sinds ik Yfke ken. Zij is 12 jaar en heeft net als ik alopecia areata. Yfke en ik kunnen er samen goed over praten. Wij zijn vriendinnen geworden. Samen verzinnen we wat we kunnen zeggen als mensen ons aanstaren. Als ik me somber voel, dan zorgt Yfke ervoor dat ik snel weer een stuk vrolijker ben.
De dokter heeft verteld dat er een kans is dat mijn haar weer terug komt. Dat hoop ik. Nu draag ik iedere dag een petje of een hoed. Maar als mijn haar weg blijft, dan krijg ik een pruik.
Kenmerken
Kinderen met alopecia areata kunnen:
- kale plekken op hun hoofd hebben
- andere plekken op hun lichaam hebben zonder haar
- nagels hebben die brokkelig zijn of waar deukjes in zitten
De één heeft er meer last van dan de ander.
Hoe vaak komt het voor?
Ongeveer 2 van de 100 mensen krijgt alopecia areata.
Wat is er aan te doen?
Meestal komt het haar op de kale plekken weer terug, maar niet altijd. Soms dragen kinderen een pruik, pet of hoofddoek. Maar soms dragen ze niks.
Als kinderen er moeite hebben dat ze alopecia areata hebben, dan kan een psycholoog helpen om ermee leren om te gaan.
Is het erfelijk?
Hoe je alopecia areata krijgt, weten we niet helemaal. Het lijkt erop dat erfelijkheid hierbij wel een rol speelt. Misschien kunnen ook andere dingen ervoor zorgen dat iemand het krijgt.
Persoonlijke verhalen
Heb jij ook deze aandoening?
Schrijf ons dan jouw verhaal, of maak een tekening. Allebei kan natuurlijk ook.
Zet bij de tekening je leeftijd, en de ziekte waar de tekening over gaat.
Stuur een e-mail naar erfolijn@erfocentrum.nl.
Leesboeken
Er zijn ook leesboeken over ziektes.
Je kunt daarin lezen hoe het is om een aandoening te hebben.
Of hoe het is als je broer of zus, of vriendje of vriendinnetje dat heeft.
Klik hier voor een overzicht van boeken.
Alle boeken kun je lenen in de bibliotheek.
Links voor kinderen
Informatiefolder voor kinderen met haarverlies
Van de Alopecia Vereniging
Kinderdag van de Alopecia Vereniging
Voor kinderen met haarverlies en hun ouders
Ja dokter nee dokter
Wat heb je als kind wel en niet te vertellen bij de dokter? Website van de vereniging Kind en Ziekenhuis.
Drie goede vragen
Ben je nog geen 18 jaar en kom je bij de dokter? Je hebt altijd iets te kiezen. Stel zelf ook 3 goede vragen. Zo kan je samen met je ouder(s) en de dokter beslissen.
Links voor broertjes en zusjes
Informatiefolder voor kinderen met haarverlies
Van de Alopecia Vereniging
Links voor ouders
Erfelijkheid.nl
Wat heb je als kind wel en niet te vertellen bij de dokter? Website van de vereniging Kind en Ziekenhuis.
Alopecia Vereniging
Vereniging voor mensen met haarverlies
Filmpje ‘Voorbereid het spreekuur in’
Speciaal voor alle ouders die vanwege de zorg voor hun kind regelmatig in het ziekenhuis komen.
Drie goede vragen
Tips om tijdens de afspraak met de zorgverlener aan bod te laten komen wat kind en ouders belangrijk vinden.