Ik ben Bob en ik ben 11 jaar. Ik heb ADHD-I. Vroeger noemden de dokters dit ADD. ADHD-I is de Engelse afkorting van attention deficit hyperactivity disorder-inattentive. is een vorm van ADHD. Inattentive betekent dat je niet goed kunt opletten.
Als je ADHD-I hebt, dan kun je je aandacht er dus niet goed bij houden. Je begrijpt dan wel wat er met mij aan de hand is. Ik ben er niet altijd helemaal bij met mijn hoofd. Zo zegt mijn moeder dat. Ze ontdekten het in groep 3. Toen hoorde ik vaak: ‘Opschieten Bobbie!’, ‘Je hebt je sommen weer niet af!’ en ‘Wat zit je weer te dromen!’ Tegen m’n moeder zei de juf dat ze zeker wist dat ik beter kon. Als ik me maar goed concentreerde. ‘Met je Nintendo kan je het wel’, zei ze dan.
Mijn moeder begreep precies wat de juf bedoelde. Want ’s ochtends was ik ook altijd aan het treuzelen. En ik was steeds van alles kwijt. Ik had overal aandacht voor, behalve voor de dingen die ik moest doen. Zoals aankleden en ontbijten. Mijn moeder werd er wanhopig van. Want bij dingen die ik echt leuk vind, kan ik me wel concentreren. Al lang voor ik op de muziekschool zat, speelde ik al vijf grepen op de gitaar. Van mijn broer geleerd.
Het gaat nu een stuk beter met mijn aandacht. Daar ben ik blij mee. Op een gegeven moment zijn we toch maar naar de kinderarts geweest. Die stuurde me door naar de kinderpsychiater. Die ontdekte dat ik ADHD-I heb. Van de kinderpsychiater heb ik medicijnen gekregen. Ook heb ik een therapeut die me helpt.
Kinderen met ADHD-I:
- hebben moeite hun aandacht vast te houden, ook bij gewone dingen;
- kunnen zich niet goed concentreren;
- horen vaak dat ze ‘zitten te dromen’ en dat ze hun best niet doen;
- hebben moeite om hun werk op tijd af te krijgen;
- kunnen zich meestal wel goed concentreren op dingen die hen interesseren.
Hoe vaak komt ADHD-I voor?
Van de 100 kinderen hebben er ongeveer 4 ADHD. Een deel hiervan heeft ADHD-I. Maar hoeveel kinderen dat zijn, weten we niet.
Wat kunnen ze eraan doen?
Met therapie kunnen ze je leren er mee om te gaan. Soms helpen ook medicijnen.
Is het erfelijk?
Ja, ze zijn er achter dat de aanleg voor ADHD-I erfelijk is. Erfelijk betekent dat het vaker in de familie voorkomt. Maar er zijn misschien ook andere dingen die zorgen dat een kind ADHD-I krijgt.
Persoonlijke verhalen
Heb jij ook deze aandoening?
Schrijf ons dan jouw verhaal, of maak een tekening. Allebei kan natuurlijk ook.
Zet bij de tekening je leeftijd, en de ziekte waar de tekening over gaat.
Stuur een e-mail naar erfolijn@erfocentrum.nl.
Leesboeken
Er zijn ook leesboeken over ziektes.
Je kunt daarin lezen hoe het is om een aandoening te hebben.
Of hoe het is als je broer of zus, of vriendje of vriendinnetje dat heeft.
Klik hier voor een overzicht van boeken.
Alle boeken kun je lenen in de bibliotheek.
Links voor kinderen
Balans Babbels over ADHD en ADD
Informatieboekje voor spreekbeurt en werkstuk voor kinderen vanaf groep 6.
Ja dokter nee dokter
Wat heb je als kind wel en niet te vertellen bij de dokter? Website van de vereniging Kind en Ziekenhuis.
Drie goede vragen
Ben je nog geen 18 jaar en kom je bij de dokter? Je hebt altijd iets te kiezen. Stel zelf ook 3 goede vragen. Zo kan je samen met je ouder(s) en de dokter beslissen.
Links voor broertjes en zusjes
Balans Babbels over ADHD en ADD
Informatieboekje voor spreekbeurt en werkstuk voor kinderen vanaf groep 6.